Onderzoeksresultaten en -noden in het kader van de fosforproblematiek in de landbouw gelinkt aan de waterkwaliteitsdoelstellingen

Looptijd: november 2012 – mei 2014
Opdrachthouder: Coördinatie onderzoeksplatform
Financiering: VLM

Kader en doelstelling

Ondanks de reeds geleverde inspanningen die de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater al gevoelig verbeterd hebben, wordt in Vlaanderen de waterkwaliteitsnormen voor fosfor (P) voor verschillende watertypen van de Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG) in verschillende regio’s nog steeds niet gehaald. Vernieuwend onderzoek speelt een cruciale rol in het verbeteren van de waterkwaliteit waarin de fosfaatproblematiek uiterst belangrijk wordt in het kader van eutrofiëring.

Aanpak

Om de prioritaire onderzoeksnoden in het kader van de fosforproblematiek duidelijker te kaderen, werd de nota ‘Onderzoeksresultaten en -noden in het kader van de fosforproblematiek in de landbouw gelinkt aan de waterkwaliteitsdoelstellingen’ opgesteld. Op de vergadering van 24 april 2014 van het onderzoeksplatform werd deze tekst bediscussieerd en gefinaliseerd.

Resultaten

In tegenstelling tot de nitraatproblematiek zijn er momenteel nagenoeg geen efficiënte maatregelen ter beschikking om op relatief korte termijn (enkele jaren) een belangrijke positieve impact te realiseren op de P-concentraties in grond- en oppervlaktewater. Er is een dringende nood aan onderzoek naar beheer-maatregelen die moeten toelaten de P-concentraties op een termijn van jaren significant te doen afnemen:

  • Mitigatiemaatregelen op bedrijfsniveau: Optimaliseren van fosfaatbemestingsnormen en –adviezen
  • Mitigatiemaatregelen op perceelsniveau: P-uitmijning en mogelijke effecten, verhogen van het P-bindend vermogen van de bodem, verbeterde P-benutting & beperking van P-verliezen op rotatieniveau
  • Mitigatiemaatregelen op bekkenniveau: identificatie van risicogebieden

De P-verliezen situeren zich op twee niveaus, met name verliezen door run-off en erosie in hellende gebieden en verliezen door uitloging in vlakke gebieden. Er is reeds veel onderzoek verricht rond erosie en nutriënten–verliezen door run-off en erosie. Zoals voor NO3- dient een screening te gebeuren van de ortho-P-concentraties in het MAP-meetnet en dient nagegaan te worden welke de belangrijkste transportweg is, run-off en erosie of drainage. Op basis hiervan kunnen wellicht focusgebieden aangeduid worden.

Erosie en run-off processen en de daaraan gekoppelde verliezen van fosfaten kunnen modelmatig begroot worden. Dit is veel minder het geval voor het begroten van P-uitlogingsverliezen. Onderzoek naar de P-dynamiek in de bodem, uitspoeling naar diepere lagen, beweging vanuit de bodem naar grond- en oppervlaktewater is noodzakelijk. Potentiële P-verliezen door uitloging in zuur zandige bodems zijn gebaseerd op het protocol fosfaatverzadigde gronden. Aangezien er in gans Vlaanderen overschrijdingen van de ortho-P-concentratie in het grond- en oppervlaktewater gemeten worden, rijst de vraag of het begrip ‘fosfaatverzadigde gronden’ naar andere texturen uitgebreid kan worden. Dit is fundamenteel noodzakelijk om daarna de effecten van mogelijke maatregelen voldoende te kunnen begroten.

Vervolgstudie

Publicaties