Meer groenbedekker, meer maïs

Looptijd: 15 april 2016 - 14 april 2018
Opdrachthouder: LCV (coördinator), Hooibeekhoeve & Proefhoeve Bottelare HoGent/Ugent
Financiering: Departement Landbouw en Visserij

Kader en doelstelling

Een eenvoudige manier om het organische stofgehalte in de bodem te verhogen, is het inschakelen van groenbedekkers in de rotatie. Om een maximale opbrengst aan organische materiaal te bekomen is een goed ontwikkelde groenbedekker nodig. Door het late oogsttijdstip van mais, en bijgevolg het late zaaitijdstip van de groenbedekker, bestaat de kans dat de groenbedekker zich onvoldoende ontwikkeld.

Aanpak

Dit project demonstreerde technieken om tot “meer groenbedekker” te komen bij de maisteelt. De focus lag hierbij op onderzaai, mengselkeuze en de mogelijkheden om met een aangepaste rassenkeuze de mais vroeger te gaan oogsten.

Resultaten

Na 3 jaar ervaring met de zaai van gras in mais kon er besloten worden dat rietzwenkgras samen met de mais zaaien een duidelijk effect heeft op het nitraatstikstof- (NO3--N) residu. Over de proeven en demo’s heen lag het NO3--N-residu zo’n 3 keer lager bij de toepassing van rietzwenkgras. Het is echter niet van zelfsprekend om gras samen met de mais te zaaien. Om tot een geslaagde groenbedekker te komen, die niet teveel invloed heeft op de maisopbrengst, zijn er veel factoren van belang. Zaken als grassoort, zaaitijdstip en onkruidbestrijding zijn keuzes die we zelf in de hand hebben. De weersomstandigheden, die zowel bij de zaai als bij de oogst van belang zijn, zijn echter niet te beïnvloeden.

Publicatie