Bedrijfsforfait: Onderzoek naar een bedrijfsspecifieke samenstelling van varkensmest

Looptijd: januari 2014 – december 2016
Opdrachthouder: VITO
Financiering: VLM

Kader en doelstelling

De grote onzekerheid over de mestsamenstelling is één van de grootste risicofactoren in het mestbeleid. Dit onderzoek ging na of er een bedrijfsspecifieke mestsamenstelling bestaat, en of daarmee de mestsamenstelling op het bedrijf correcter bepaald kan worden.

Aanpak

Een verkennend onderzoek in 2014 gaf aan dat de mestinhoud bedrijfsspecifiek is en dat vrachtstalen de grootste potentie hebben om een bedrijfsspecifieke samenstelling te bepalen. Om daar meer duidelijkheid over te krijgen, werden in 2015 vrachtstalen genomen op 22 varkensbedrijven (of 46 stallen) van bijna alle vrachten die er vertrokken.

Resultaten

Het onderzoek toonde aan dat in een aantal varkensbedrijven de samenstelling van de geproduceerde mest voldoende constant is om te werken met een bedrijfsspecifieke samenstelling. Het bepalen en toepassen van een bedrijfsspecifieke mestsamenstelling is niet altijd vanzelfsprekend omdat de variatie in de mestsamenstelling verschilt van bedrijf tot bedrijf. Dat betekent dat het aantal monsters dat moet genomen worden om een betrouwbaar gemiddelde mestsamenstelling te kunnen berekenen op voorhand moeilijk vast te leggen is.

Om een monsternamecampagne te plannen die een voldoende juist resultaat garandeert, en tegelijkertijd omwille van economische redenen te werken met een minimum aan monsternames, werden ook eerdere analyseresultaten meegenomen, alsook een analyse van de bedrijfsvoering in installaties. Specifieke details van de installaties of de bedrijfswerking kunnen immers een grote invloed hebben op de variatie van de nutriëntinhouden.

Uit het onderzoek bleek dat - als er voldoende monsters genomen worden - de samenstelling tot op 0,75 kg stikstof en 1 kg fosfaat nauwkeurig gekend kan worden. Ook op basis van een beperkt aantal metingen kan in veel gevallen een betrouwbaar resultaat bekomen worden, als een aantal afzonderlijke maar vergelijkbare stallen samen worden behandeld. Daarbij moet echter altijd rekening gehouden worden met het feit dat dit gemiddelde waarden zijn en geen garantie gegeven kan worden voor wat betreft de samenstelling van één enkel transport. De bedrijfswaarden kunnen maar gegarandeerd worden over bemonsterde hoeveelheden mest van enkele tientallen ton.

Op basis van deze resultaten werd in 2016 een praktische toepassing van de bedrijfsspecifieke mestsamenstelling ontwikkeld, die intussen is opgenomen in het mestbeleid.

Rapport